Onderwerpen > Juridisch > Zwanger, wachttijd, zwanger: nog langer wachten?

Zwanger, wachttijd, zwanger: nog langer wachten?

29 april 2022 Geschreven door: Stéphanie Heijtlager

Als je zwangerschaps- of bevallingsverlof geniet, dan bestaat geen recht op loondoorbetaling op grond van artikel 7:629 lid 1 BW. In dat geval ontvangt de werkneemster immers een WAZO-uitkering. Dit hoeft geen problemen op te leveren voor de wachttijd, want na de WAZO-uitkering wordt de aan de WAZO-periode voorafgaande ziekteperiode samengeteld, mits de arbeidsongeschiktheid voortvloeit uit dezelfde oorzaak. Dit is geregeld in artikel 7:629 lid 10 BW:

“(…)
Voor de toepassing van de leden 1, 2 en 9 worden perioden, waarin de werknemer in verband met ongeschiktheid ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling verhinderd is geweest zijn arbeid te verrichten, samengeteld indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen, of indien zij direct voorafgaan aan en aansluiten op een periode waarin zwangerschaps- of bevallingsverlof wordt genoten als bedoeld in artikel 3:1, tweede en derde lid, van de Wet arbeid en zorg, tenzij de ongeschiktheid redelijkerwijs niet geacht kan worden voort te vloeien uit dezelfde oorzaak.

(…)”

Dezelfde oorzaak?

Deze bepaling kan in sommige gevallen leiden tot lang wachten voor een werkneemster die naar haar WAZO ziek is ten gevolge van haar zwangerschap/bevalling.

De rechtbank Amsterdam heeft op 16 maart 2022 (gepubliceerd op 19 april 2022) uitspraak gedaan in een kwestie waarin een werkneemster (verpleegkundige in loondienst) na haar eerste bevalling een Ziektewetuitkering (van 28 februari tot 20 juni 2018) heeft ontvangen ten gevolge van haar bevalling. Vervolgens bevalt zij een klein jaar later, op 28 mei 2019, van haar tweede kind en ontvangt zij van 19 april tot 9 augustus 2019 nogmaals een WAZO-uitkering. Op 9 augustus 2019 heeft de werkneemster zich (opnieuw) ziek gemeld ten gevolge van haar bevalling en een Ziektewetuitkering ontvangen. 

Op 3 augustus 2020 wordt een WIA-aanvraag door werkneemster gedaan, omdat zij de wachttijd (bijna) heeft doorlopen. De verzekeringsarts van het UWV denkt daar echter anders over: de wachttijd is niet doorlopen, want de ‘tweede arbeidsongeschiktheidsperiode’ wordt namelijk veroorzaakt door een andere ziekteoorzaak dan na de eerste zwangerschap. Vette pech. De werkneemster moet nog even wachten… De werkgever stelt met succes bezwaar in tegen de afwijzing van de WIA-uitkering en het UWV beslist dat toch geen nieuwe wachttijd is ontstaan.

In beroep stelt de werkneemster dat geen sprake is van dezelfde ziekteoorzaak en dat wél een nieuwe wachttijd is gaan lopen. De rechtbank moet vervolgens beoordelen welke klachten (fysiek of psychisch) tijdens de eerste en de tweede ziekmelding dominant waren om te kunnen spreken van dezelfde ziekteoorzaak.

Nog even wachten...

De rechtbank is van mening dat de klachten na de tweede WAZO-periode vooral psychische klachten waren en dat daarom de ziekte uit een andere oorzaak voortvloeide. Met als gevolg langer wachten. Voor de werkgever wel een financieel voordeel: de werkneemster ontvangt langer een Ziektewetuitkering en hoeft dus geen loon door te betalen tijdens ziekte, althans de Ziektewetuitkering kan in mindering gebracht worden op de  loondoorbetalingsverplichting ex artikel 7:629 lid 1 BW. De re-integratieverplichting en daarmee gemoeide kosten lopen natuurlijk wel gewoon door...

Gerelateerde artikelen